Zeegrasvelden komen voor in ondiepe kustgebieden over de hele wereld, op zowel droogvallende wadplaten als op de ondergedoken zeebodem. In de Middellandse Zee komt zeegras voor tot op een diepte van wel 40-50 meter, omdat het water daar zo helder is. Naast groot en klein zeegras, dat in onze Waddenzee voorkomt, staat in de Middellandse zee vooral veel neptunusgras (Posidonia oceanica). Deze grote, langzaamgroeiende zeegrassoort vormt uitgestrekte onderwaterweides waarin het mooi snorkelen is. Tussen de wuivende zeegrassen kun je zeepaardjes, schorpioenvissen en grote steekmossels aantreffen. Deze kunnen tot wel 80 cm groot worden! Bovenwater kun je neptunusgrasvelden vaak al herkennen aan de donkere vlekken die ze vormen in het heldere water, want in plaats van zonlicht te reflecteren nemen ze zonlicht op zodat ze kunnen uitgroeien tot ware onderwatersteppes. Dus ga op vakantie in het Middellandse zeegebied eens op expeditie in de wuivende Posidonia-velden. Dan kun je echt het ecologisch belang van goed functionerende zeegrasvelden ervaren – de kraamkamerfunctie met duizenden vislarven die zich tussen de lange bladeren verstoppen, de enorme koolstofopslag van de dikke matten eeuwenoud zeegras, en de demping van de golven wanneer deze door de dichte neptunusgrasvelden stromen.